Bedrijfsregeling no. 12

Acceptatie

 

Inhoud:

Tekst 1994

Toelichting 1994

Reglement 1994

 

Tekst 1981

Toelichting 1981

Reglement 1981

 

Deze Bedrijfsregeling is in werking getreden per 1 januari 1981 en laatstelijk gewijzigd per 1 januari 1994.

 

Bedrijfsregeling inzake de regeling van de acceptatie van WA‑verzekeringen voor motorrijtuigen.

 

De Algemene Vergadering van de afdeling Motorrijtuigen van de sector Schadeverzekering van het Verbond van Verzekeraars

 

overwegende

dat het wenselijk wordt geacht dat een ieder die voor een motorrijtuig de door de wet verplicht gestelde verzekering van wettelijke aansprakelijkheid wenst af te sluiten, doch ondervindt dit op grond van niet‑individuele kenmerken niet op normale condities te kunnen doen, hiertoe door automobielassuradeuren in de gelegenheid dient te worden gesteld; dat, nu de wet aan automobielassuradeuren geen verplichtingen heeft opgelegd de ter verzekering aangeboden WA‑risico's te accepteren, aan deze wenselijkheid slechts dan tegemoet kan worden gekomen, indien assuradeuren zich vrijwillig bereid verklaren bovenge­noemde WA‑risico's te accepteren op normale condities; dat deze bereidheid slechts dan verkregen kan worden indien zowel de voordelen als de nadelen door het gehele automobielverzekeringsbedrijf zullen worden gedragen;

 

heeft

bij besluit van 11 december 1980 de volgende Bedrijfsregeling vastgesteld en laatstelijk gewijzigd per 1 januari 1994.

 

 

Artikel 1

 

1.         De leden komen overeen dat, voor zover zij daartoe aan het Bestuur schriftelijk de

bereidheid hebben geuit, zij in de acceptatiebeoordeling van een voor wettelijke

aansprakelijkheid ter verzekering aangeboden motorrijtuig uitsluitend de bij hen

gepubliceerde tariferingsfactoren zullen betrekken.

2.          Onder motorrijtuig is ten deze verstaan personenauto's, bestelauto's, twee‑ en

driewielige motorrijtuigen en de aan zulk een motorrijtuig te koppelen aanhangwagen

of ander voorwerp.

 

Artikel 2

 

De leden die zich tot de in artikel 1 genoemde gedragsregel bereid verklaren, kunnen de aldus geaccepteerde motorrijtuigen, voor wat betreft de wettelijke aansprakelijkheid, aanmelden onder overlegging van de benodigde bescheiden bij de bij deze Bedrijfsregeling in het leven geroepen Centrale Egalisatie Pool (CEP).

 

 

Artikel 3

 

1.         Jaarlijks wordt de poolpremie voor de verschillende risicogroepen door de algemene

vergadering van de afdeling Motorrijtuigen vastgesteld. Tevens stelt deze algemene

vergadering vast vanaf welk tijdstip deze poolpremie zal gelden voor alle nadien

nieuw gesloten en geprolongeerde verzekeringen.

2.         De in artikel 2 genoemde leden dragen een poolpremie per aangemelde verzekering

aan de CEP af.

3.         Indien een lid op grond van uit aangemelde verzekering voortvloeiende verplichtingen

schaden betaalt en/of reserveert, brengt het betrokken lid de uit dien hoofde verrichte

betalingen in rekening bij de CEP en/of doet opgave van de terzake gevormde

schadereserveringen.

4.         De schadebehandelingskosten, die als gevolg van de in lid 3 gedane schaderegeling

ontstaan, kunnen eveneens in rekening worden gebracht, zulks overeenkomstig

hetgeen in artikel 5 van de internationale overeenkomst inzake groene kaarten is be­

paald.

 

Artikel 4                                                                                                                                                    r

 

1.         Jaarlijks wordt een afrekening van het financiële resultaat van de CEP over het

afgelopen boekjaar opgesteld. Na goedkeuring hiervan door de leden in de voorjaars­

vergadering van de afdeling Motorrijtuigen, wordt gelijktijdig vastgesteld het aan de

leden toekomende bedrag in het batig saldo, onderscheidenlijk het door de leden te

betalen bedrag in het nadelig saldo.

In de afrekening zal eveneens zijn begrepen de schadereserve.

2.         Deze bedragen worden vastgesteld naar rato van de bij de leden verzekerde aantallen

gekentekende motorrijtuigen, dit naar de stand per 1 januari van het boekjaar,

waarover de afrekening geldt. Afrekening vindt plaats op een nader in het Reglement,

als bedoeld in artikel 8, vast te stellen wijze.

3.          Naast de in lid 1 bedoelde jaarlijkse afrekening kan het Bestuur besluiten tussentijds

bijdragen aan de leden in rekening te brengen als voorschot op de afrekening

4.          De in dit artikel bedoelde leden zijn die leden, welke als zodanig aan het begin van

het boekjaar van de CEP, waarvoor de afrekening geldt, te boek stonden bij de

vereniging.

5          In geval van beëindiging van het lidmaatschap worden de rechten en verplichtingen,

voortvloeiende uit dit artikel geacht te eindigen op de datum van beëindiging van het

boekjaar van de CEP, waarin de beëindiging werd gedaan.

 

Artikel 5

 

Het beheer en de administratie van de CEP kan aan een lid van de vereniging worden

opgedragen.

 

 

Artikel 6

 

Beëindiging van de toepassing van het eerste lid van artikel 1 door een lid, dat zich tot de in dat artikel genoemde gedragsregel heeft verbonden, kan slechts schriftelijk geschieden tegen het einde van een kalenderjaar, met inachtneming van een opzeggingstermijn van tenminste vier maanden.

 

Artikel 7

 

De door de leden onder deze Bedrijfsregeling aangegane verplichtingen worden geacht verplichtingen te zijn jegens de vereniging.

 

Artikel 8

 

De uitwerking van deze Bedrijfsregeling wordt nader in een afzonderlijk Reglement vastge­steld.

 

Artikel 9

 

Deze Bedrijfsregeling wordt aangehaald als 'Bedrijfsregeling no. 12 (Acceptatie)'.


 

 

Toelichting

op de

Bedrijfsregeling no. 12 (Acceptatie),

 

In de afgelopen jaren is in enkele artikelen uit kringen van het maatschappelijk werk en in de Consumentengids gewezen op het feit dat er regelmatig moeilijkheden werden gesignaleerd met de acceptatie door motorrijtuigverzekeraars van autoverzekeringen voor gastarbeiders, woonwagenbewoners, zigeuners en ex‑gedetineerden. Ook werden in december 1977 door enkele Tweede Kamerleden schriftelijk vragen aan de Minister van Justitie gesteld over de WA‑verzekering van woonwagenbewoners. Kenmerkend daarbij is niet de omvang, maar de kwaliteit van het probleem. Acceptatiebeleid in het algemeen en zeker het gewraakte acceptatiebeleid wordt gezien als discriminatie, voornamelijk in de openbare discussie, waarvan het politieke leven de meest voorkomende vorm is. Het is met name de politieke aandacht, die vanuit meerdere partijen geldt, die tot bezinning over het acceptatiebeleid door motorrijtuigverzekeraars heeft geleid en die aanleiding is geweest tot het creëren van een regeling te dier zake.

 

Bij de uitwerking van deze regeling is mede overwogen dat in de Nederlandse samenleving sociale motieven een niet geringe rol spelen, terwijl anderzijds er een redelijk vrije markteconomie bestaat. Oogmerk is dat concurrentie zo goed mogelijk in stand moet worden gehouden, doch dat sociaal getinte belangen hieraan niet nodeloos mogen worden opgeofferd.

 

Toegespitst op de hier geschetste problematiek betekent dit dat voor zover er een verzekeringsplicht bestaat, gestreefd moet worden naar een acceptatiebeleid dat méér open staat voor solidariteitsoverwegingen en dat met name omzichtig is met betrekking tot risico's waarvan de extra zwaarte niet met duidelijke feitelijke gegevens kan worden gemotiveerd.

 

Het moet mogelijk zijn een situatie te bereiken waarin de grootst mogelijke selectievrijheid blijft voortbestaan met gelijktijdig voorkoming van de aan de bedrijfstak toegeschreven "discriminatie", wanneer van de volgende elementen wordt uitgegaan.

 

a.          De hierboven bedoelde bezwaren richten zich op de door verzekeraars gehanteerde

selectie op grond van collectieve kenmerken, d.w.z. het behoren tot een bepaalde

groep. Het onderscheid tussen individuele en collectieve kenmerken is niet altijd

duidelijk. In de praktijk gaat het volgens Kamervragen thans om zigeuners, woonwa­

genbewoners, buitenlandse werknemers en ex‑gedetineerden.

 

b.          Het wordt van groot belang geacht dat de bedrijfstak voor de onder a. bedoelde

risico's een oplossing vindt, waardoor deze risico's in de gelegenheid worden gesteld

om bij een aantal verzekeraars een WA‑motorrijtuigverzekering te sluiten tegen de bij

die verzekeraars gepubliceerde tarieven en voorwaarden.

 

c.          Iedere verzekeraar wordt in de gelegenheid gesteld de bedoelde risico's te accepteren.

De verzekeraars die daartoe bereid zijn kunnen zich schriftelijk tegenover het Bestuur

verbinden alle onder b. bedoelde risico's te accepteren, voor zover afwijking of

afwijzing niet kan plaatsvinden op grond van individuele kenmerken van het risico.

 

d.          De uit deze verzekeringsovereenkomsten door de accepterende verzekeraar verschul­

digde poolpremie komt ten bate van alle leden van de afdeling Motorrijtuigen. De uit

deze overeenkomsten voortvloeiende schadelast terzake van gebeurtenissen komt ten

laste van eveneens alle leden van de afdeling Motorrijtuigen. In dit verband wordt

vastgesteld dat deze tenlastebrenging van de pool kan plaatsvinden in de mate en

omvang, waarin de accepterende verzekeraar krachtens zijn polisvoorwaarden voor het

aangemelde risico dekking heeft gegeven.

 

e.          Voor dat doel wordt opgericht de Centrale Egalisatie Pool (CEP), waarin alle leden

van de afdeling Motorrijtuigen participeren. Deze kan worden beschouwd als herver­

zekeraar.

 

f.           Uit administratieve overwegingen is gekozen voor een systeem waarbij in het ledenbe­

stand tijdens het boekjaar van de CEP geen mutaties mogelijk zijn. Het ledenbestand

per primo van het boekjaar wordt ten behoeve van de afrekening over dat jaar van de

resultaten van de CEP gefixeerd tot en met ultimo van het boekjaar. Tussentijds

toetreden tot of uittreden uit de CEP als deelnemer of als lid is niet mogelijk. Op deze

wijze is een eenvoudige toerekening van de baten/lasten naar de leden mogelijk,

terwijl anderzijds de duidelijkheid t.a.v. de rechten en verplichtingen van de leden

wordt bevorderd.

 

g.          Ter vaststelling van het bovenstaande is de Bedrijfsregeling nr. 12 (Acceptatie)

ontworpen.

 

h.          Hierin is vastgelegd. dat onder baten mede zijn begrepen de van accepterende verzeke­

raars ontvangen poolpremies. Het risico van premie‑incasso door de verzekeraar komt

ten laste van de pool.

 

i.           Een nadere uitwerking van de Bedrijfsregeling is neergelegd in het daarbij behorende

Reglement.

 

j.           Als einde van het boekjaar geldt 31 december. In de voorjaarsledenvergadering

worden het financieel overzicht en het jaarverslag behandeld. In dezelfde vergadering

wordt bepaald het bedrag, dat met de leden te verrekenen is. In dit bedrag zal de

schadereserve, zoals die is opgegeven door de deelnemers, betrokken zijn. Bij de CEP

wordt deze schadereserve derhalve aangehouden om in het komende jaar betalingen te

kunnen verrichten ter zake van geheel of ten dele geregelde schaden. Niet voorziene

omstandigheden kunnen ertoe leiden dat schadebetalingen waarvoor de aanwezige

middelen bij de CEP ontoereikend zijn of dreigen te worden, terwijl in redelijkheid

van de betrokken deelnemers niet kan worden gevraagd deze betalingen "voor te

schieten". Voor deze situaties wordt het wenselijk geacht dat het Bestuur kan besluiten

een tussentijdse bijdrage van de leden te vragen, welke kan worden beschouwd als een

voorschot op de jaarlijkse afrekening.

 

 

 


 

REGLEMENT behorende bij Bedrijfsregeling no 12 (Acceptatie)

 

Artikel                                                                                                              Begripsbepalingen

 

In dit Reglement wordt verstaan onder:

 

Afdeling:                                    de afdeling Motorrijtuigen van de sector Schadeverzekering

                                                  van het Verbond van Verzekeraars.

Bedrijfsregeling:                        bedrijfsregeling nr. 12 (Acceptatie), zoals deze werd aanvaard

                                                  in de algemene vergadering van de toenmalige Nederlandse

                                                  Vereniging van Automobielassuradeuren dd. 11 december 1980.

Bestuur:                                     de funktionarissen, genoemd in artikel 15 van de statuten van

                                                  de afdeling Motorrijtuigen.

Leden:                                       zij die lid zijn van de afdeling Motorrijtuigen.

Deelnemers:                              zij die conform artikel 1 van de Bedrijfsregeling hebben

                                                  verklaard de daarin bedoelde risico's te accepteren.

Technische Commissie:            de door het Bestuur benoemde commissie, bestaande uit een

                                                  oneven aantal doch tenminste drie personen, waarvan de taak

                                                  is omschreven in artikel 6.

Poolpremie:                               de premie, die op voorstel van het Bestuur na advies van de

                                                  Technische Commissie door de algemene vergadering wordt

                                                  vastgesteld en die door de deelnemer voor elke door hem in de

                                                  Centrale Egalisatie Pool te brengen post in de kas van deze

                                                  Pool wordt gestort.

 

Artikel 2             Algemene bepaling

Bij de aanvaarding van de Bedrijfsregeling no. 12 is opgericht de Centrale Egalisatie Pool,

hierna te noemen CEP.

De CEP beoogt voor gezamenlijke rekening van de leden een verzekering te bieden aan hen,

die moeilijkheden ondervinden hun motorrijtuig‑BNA‑risico, anders dan bij de N.V. Assurantie

Maatschappij Terminus in Nederland te verzekeren met inachtneming van hetgeen in de

Bedrijfsregeling is bepaald.t

Acceptatie van deze risico's en behandeling van door deze veroorzaakte schaden vindt plaats

door het lid, dat

conform artikel 1 van de Bedrijfsregeling daartoe de bereidheid heeft

uitgesproken.

 

Artikel 3            Administratie en beheer

 

1.          Ter uitvoering van artikel 5 van de Bedrijfsregeling stellen de leden een administrateur aan.

 

2.          De taak van de administrateur bestaat uit:

 

a.         het ‑ in de ruimste zin des woords ‑ administreren van de belangen van de

CEP, daarbij onder meer fungerende als centraal correspondentie‑adres van de

CEP;

 

b.         het in ontvangst nemen van premies en schadereservebedragen, het restitueren

van schadebetalingen en schadebehandelingskosten aan de deelnemers en het


zelfstandig verrichten van al die werkzaamheden, welke tot de taak van de CEP behoren.

 

3.         De administrateur is tegenover het Bestuur rekening en verantwoording verschuldigd

voor zijn handelingen. Hij ontvangt voor zijn werkzaamheden een door het Bestuur

vast te stellen vergoeding.

 

Artikel 4

 

Het Bestuur heeft tot taak:

‑           zorg te dragen voor een goede uitvoering van de Bedrijfsregeling nr. 12 van de afdeling Motorrijtuigen en van dit daarbij behorend Reglement;

‑           de vaststelling van normen, welke maatstaf zijn voor de acceptatie van de door de deelnemers bij de CEP aangeboden risico's.

 

Artikel 5

 

1.         Het Bestuur wijst aan een technische commissie, bestaande uit een oneven aantal doch

tenminste drie functionarissen, elk werkzaam bij een lid;

voorts wijst het Bestuur voor iedere functionaris een plaatsvervanger aan, werkzaam

bij hetzelfde lid.

2.          De commissie heeft tot taak het beoordelen van alle aanvragen en het uitoefenen van

toezicht op een juiste acceptatie van de voor de CEP in aanmerking komende verzeke­

ringen.

Voorts heeft de commissie de bevoegdheid om iedere verzekering, die via een

deelnemer de CEP aangaat, tussentijds te beoordelen en wanneer het verloop van een

gesloten post zodanig is dat naar de mening van de commissie het nemen van

bijzondere maatregelen noodzakelijk is, de afgevende deelnemer op te dragen ten

aanzien van de desbetreffende post de door haar noodzakelijk geachte maatregelen te

treffen.

3.         De commissie adviseert het Bestuur ten aanzien van de vaststelling van de poolpremie.

4.         De commissie komt bijeen wanneer de noodzaak daartoe aanwezig is.

5.         Behoudens een beroep op het Bestuur is een beslissing van de technische commissie,

welke bij meerderheid van stemmen wordt genomen, in zaken deze commissie

betreffend, bindend.

 

Artikel 6               Acceptatie

 

1.         Zodra een deelnemer een aanvraag bereikt omtrent een aansprakelijkheidsrisico als

bedoeld in de Bedrijfsregeling, overlegt hij met de administrateur of dit risico voor

opneming in de CEP in aanmerking komt.

2.         Indien een verzekeringsovereenkomst tot stand komt maakt de afgevende deelnemer de

polis op en zendt een gewaarmerkte copie daarvan aan de administrateur.

3.           De op de bedoelde overeenkomsten betrekking hebbende ontvangen premies resp.

betaalde restituties zullen tussen de afgevende deelnemers en de administrateur

terstond worden verrekend, zulks op basis van de poolpremie.

 

Artikel 7             Schaderegeling                                                                                                  

 

1.          Zodra een deelnemer een schademelding heeft bereikt, geeft hij een afschrift hiervan onverwijld door aan de administrateur.

 

2.          Nadat door de deelnemer in het kader van zijn schadebehandeling betalingen zijn verricht, zal hij deze onder toevoeging van de behandelingskosten geldend maken bij de administrateur onder overlegging van de nodige bewijsstukken inzake de verrichte betalingen. Desgevraagd zal de deelnemer het desbetreffende schadedossier aan de administrateur ter beschikking stellen.

 

3.          Restitutie van deze gelden vindt door de administrateur plaats binnen twee maanden nadat de in lid 2 genoemde vorderingen bij de administrateur werden ingediend.

 

4.          Restitutie aan de deelnemer op grond van de door haar verrichte schadeuitkeringen, geschiedt terzake van gebeurtenissen, welke plaatsvinden na het tijdstip, waarop de CEP het risico heeft aanvaard.

 

De plicht tot restitutie eindigt door het verloop van een termijn van 16 dagen, te rekenen vanaf de dag volgende op die waarop de dekking door de deelnemer eindigt of geschorst wordt of door het van kracht worden van een nieuw verzekering ten aanzien van hetzelfde risico.

 

5.          Van de terzake gevormde schadereserves en de mutaties daarin doet de deelnemer terstond opgave aan de administrateur.

 

Artikel 8            Verrekening met de leden

 

1.          Het boekjaar is gelijk aan het boekjaar van de Afdeling.

 

2.          In de voorjaarsvergadering van de Afdeling wordt door het Bestuur verslag uitgebracht over het laatstverstreken boekjaar en rekening en verantwoording afgelegd over het financiële beheer van de CEP. Tegelijk met de oproeping voor deze algemene vergadering wordt aan de leden toegezonden een afrekening van het financiële resultaat van de CEP over het laatstverstreken boekjaar, vergezeld van een rapport terzake, op te maken door een registeraccountant. Goedkeuring hiervan strekt tot decharge van het Bestuur.

 

3.         In de voorjaarsvergadering wordt vastgesteld het aan de leden toekomende bedrag in

            het batig saldo, onderscheidenlijk het door de leden te betalen bedrag in het nadelig

            saldo. Het saldo, uit de afrekening resulterend, moet uiterlijk binnen twee maanden na

            de vaststelling met de leden worden vereffend. In de afrekening zal tevens zijn

            begrepen de door de leden bij de CEP te vormen schadereserve, welke zal zijn

            samengesteld uit de per ultimo van het boekjaar bij de deelnemers aangehouden en aan

            de CEP opgegeven schadereserves. De aan deze schadereserve toe te delen bijdrage

            van de leden wordt afgedragen aan de CEP.

 

Artikel 9             Tussentijdse verrekening

 

1.          Wanneer omstandigheden ertoe leiden, dat schadebetalingen moeten worden gerestitu­

eerd en/of schadereserveringen moeten worden gevormd, waarvoor de aanwezige

middelen bij de CEP ontoereikend zijn of dreigen te worden, terwijl in redelijkheid

niet van de betrokken deelnemer of deelnemers gevergd kan worden dat op restitutie

van verrichte betalingen gewacht moet worden tot na de jaarlijkse afrekening, kan het

Bestuur op advies van de administrateur en/of na een schriftelijk verzoek van de

betreffende deelnemer(s) besluiten tot een tussentijdse bijdrage van de leden in de

resultaten van de CEP. .

 

2.          De tussentijdse bijdrage van de leden is een voorschotheffing op de jaarlijkse afreke­ning.

 

3.          De leden voldoen de bijdrage uiterlijk binnen twee maanden na dagtekening van het

besluit van het Bestuur.

 

4.          De aldus verkregen bijdragen worden aan de CEP afgedragen.

 

Artikel 10           Herverzekering

 

Op voorstel van het Bestuur kan de algemene vergadering besluiten ten name van de afdeling overeenkomsten van verzekering aan te gaan tot gehele of gedeeltelijke dekking van de risico's als in dit Reglement omschreven. Het voorstel bevat de modaliteiten van de te sluiten verzekering.

 

De ter zake van gesloten verzekeringen door de afdeling verschuldigde premies worden ten laste de CEP gebracht.

 

Artikel 11

 

In zaken, waarin dit Reglement niet voorziet, beslist het Bestuur.

 

Artikel 12          Vaststelling. wijziging. intrekking Reglement

Met betrekking tot de vaststelling, wijziging of intrekking van dit Reglement is het bepaalde in artikel 14 van de statuten van de afdeling van overeenkomstige toepassing.

 

 

 


 

 

BEDRIJFSREGELING NO. 12

(Acceptatie)

 

Deze Bedrijfsregeling is in werking getreden per 1 januari 1981.

 

Bedrijfsregeling inzake de regeling van de acceptatie van WA‑verzekeringen voor motorrijtuigen.

 

De Algemene Vergadering van de Nederlandse Vereniging van Automobielassuradeuren (NVVA);

 

overwegende: dat het wenselijk wordt geacht dat een ieder die voor een motorrijtuig de door de wet verplicht gestelde verzekering van wettelijke aansprakelijkheid wenst af te sluiten, doch ondervindt dit op grond van niet‑individuele kenmerken niet op normale condities te kunnen doen, hiertoe door automobielassuradeuren in de gelegenheid dient te worden gesteld; dat, nu de wet aan automobielassuradeuren geen verplichting heeft opgelegd de ter verzekering aangeboden WA‑risico's te accepteren, aan deze wenselijkheid slechts dan tegemoet kan worden gekomen, indien assuradeuren zich vrijwillig bereid verklaren bovengenoemde WA‑risico'$ te accepteren op normale condities; dat deze bereidheid slechts dan verkregen kan worden indien zowel de voordelen als de nadelen door het gehele automobielverzekeringsbedrijf zullen worden gedragen;

 

heeft: bij besluit van 11 december 1980 de volgende Bedrijfsregeling vastgesteld.

 

Artikel 1

 

1.          De leden komen overeen dat, voor zover zij daartoe aan het Bestuur

             schriftelijk de bereidheid hebben geuit, zij in de acceptatiebeoor­

             deling van een voor wettelijke aansprakelijkheid ter verzekering aange­

             boden motorrijtuig uitsluitend de bij hen gepubliceerde tariferings­

             faktoren zullen betrekken.

2.          Onder motorrijtuig is ten deze verstaan personenauto's, bestelauto's,

             twee‑ en driewielige motorrijtuigen en de aan zulk een motorrijtuig

             te koppelen aanhangwagen of ander voorwerp.

 

Artikel 2

 

De leden die zich tot de in artikel 1 genoemde gedragsregel bereid verklaren, kunnen de aldus geaccepteerde motorrijtuigen, voor wat betreft de wettelijke aansprakelijkheid, aanmelden onder overlegging van de benodigde bescheiden bij de bij deze Bedrijfsregeling in het leven geroepen Centrale Egalisatie Pool (CEP).

 

Artikel 3

 

1.          Jaarlijks wordt de poolpremie voor de verschillende risicogroepen door

             de algemene vergadering van de NVVA vastgesteld. Tevens stelt deze al­

             gemene vergadering vast vanaf welk tijdstip deze poolpremie zal gelden

             voor alle nadien nieuw gesloten en geprolongeerde verzekeringen.

2.          De in artikel 2 genoemde leden dragen een poolpremie per aangemelde

             verzekering aan de CEP af.

3.          Indien een lid op grond van uit aangemelde verzekering voortvloeiende

             verplichtingen schaden betaalt en/of reserveert, brengt het betrokken lid de uit dien hoofde verrichte betalingen in rekening bij de CEP en/of doet opgave van de terzake gevormde schadereserveringen.

 

4.          De schadebehandelingskosten, die als gevolg van de in lid 3 gedane schaderegeling ontstaan, kunnen eveneens in rekening worden gebracht, zulks overeenkomstig hetgeen in artikel 5 van de internationale overeenkomst inzake groene kaarten is bepaald.

 

Artikel 4

 

1.          Jaarlijks wordt een afrekening van het financiële resultaat van de CEP over het afgelopen boekjaar opgesteld. Na goedkeuring hiervan door de leden in de voorjaarsvergadering van de NVVA, wordt gelijktijdig vastgesteld het aan de leden toekomende bedrag in het batig saldo, onderscheidenlijk het door de leden te betalen bedrag in het nadelig saldo. In de afrekening zal eveneens zijn begrepen de schadereserve.

 

2.          Deze bedragen worden vastgesteld naar rato van de bij de leden verzekerde aantallen gekentekende motorrijtuigen, dit naar de stand per 1 januari van het boekjaar, waarover de afrekening geldt. Afrekening vindt plaats op een nader in het Reglement, als bedoeld in artikel 8, vast te stellen wijze.

 

3.          Naast de in lid 1 bedoelde jaarlijkse afrekening kan het Bestuur besluiten tussentijds bijdragen aan de leden in rekening te brengen als voorschot op de afrekening.

 

4.          De in dit artikel bedoelde leden zijn die leden, welke als zodanig aan het begin van het boekjaar van de CEP, waarvoor de afrekening geldt, te boek stonden bij de vereniging.

 

5.          In geval van beëindiging van het lidmaatschap worden de rechten en verplichtingen, voortvloeiende uit dit artikel geacht te eindigen op de datum van beëindiging van het boekjaar van de CEP, waarin de beëindiging werd gedaan.

 

Artikel 5

 

Het beheer en de administratie van de CEP kan aan een lid van de vereniging

 

worden opgedragen.

 

Artikel 6

 

Beëindiging van de toepassing van het eerste lid van artikel 1 door een lid,

dat zich tot de in dat artikel genoemde gedragsregel heeft verbonden, kan

slechts schriftelijk geschieden tegen het einde van een verenigingsjaar, met

inachtneming van een opzeggingstermijn van tenminste vier maanden.

 

Artikel 7

 

De door de leden onder deze Bedrijfsregeling aangegane verplichtingen worden

geacht verplichtingen te zijn jegens de vereniging.

 

Artikel 8

 

De uitwerking van deze Bedrijfsregeling wordt nader in een afzonderlijk

Reglement vastgesteld.

 

Artikel 9

 

Deze Bedrijfsregeling treedt in werking op 1 januari 1981 en kan worden

 

aangehaald als Bedrijfsregeling no. 12 (Acceptatie).


TOELICHTING

 

op de

 

BEDRIJFSREGELING N0. 12 (Acceptatie)'

 

In de afgelopen jaren is in enkele artikelen uit kringen van het maatschappelijk werk en in de Consumentengids gewezen op het feit dat er regelmatig moeilijkheden werden gesignaleerd met de acceptatie door motorrijtuigverzekeraars van autoverzekeringen voor gastarbeiders, woonwagenbewoners, zigeuners en exgedetineerden. Ook werden in december 1977 door enkele Tweede Kamer‑leden schriftelijk vragen aan de Minister van Justitie gesteld over de WA‑verzekering van woonwagenbewoners. Kenmerkend daarbij is niet de omvang, maar de kwaliteit van het probleem. Acceptatiebeleid in het algemeen en zeker het gewraakte acceptatiebeleid wordt gezien als discriminatie, voornamelijk in de openbare discussie, waarvan het politieke leven de meest voorkomende vorm is. Het is met name de politieke aandacht, die vanuit meerdere partijen geldt, die tot bezinning over het acceptatiebeleid door motorrijtuigverzekeraars heeft geleid en die aanleiding is geweest tot het creëren van een regeling te dier zake.

 

Bij de uitwerking van deze regeling is mede overwogen dat in de Nederlandse samenleving sociale motieven een niet geringe rol spelen, terwijl anderzijds er een redelijk vrije markteconomie bestaat. Oogmerk is dat concurrentie zo goed mogelijk in stand moet worden gehouden, doch dat sociaal getinte belangen hieraan niet nodeloos mogen worden opgeofferd. Toegespitst op de hier geschetste problematiek betekent dit dat voor zover er een verzekeringsplicht bestaat, gestreefd moet worden naar een acceptatiebeleid dat méér open staat voor solidariteitsoverwegingen en dat met name omzichtig is met betrekking tot risico's waarvan de extra zwaarte niet met duidelijke feitelijke gegevens kan worden gemotiveerd. Het moet mogelijk zijn een situatie te bereiken waarin de grootst mogelijke selectievrijheid blijft voortbestaan met gelijktijdig voorkoming van de aan de bedrijfstak toegeschreven "discriminatie", wanneer van de volgende elementen wordt uitgegaan.

 

a.          De hierboven bedoelde bezwaren richten zich op de door verzekeraars

gehanteerde selectie op grond van collectieve kenmerken, d.w.z. het

behoren tot een bepaalde groep. Het onderscheid tussen individuele en

collectieve kenmerken is niet altijd duidelijk. In de praktijk gaat het

volgens Kamervragen thans om zigeuners, woonwagenbewoners, buitenlandse

werknemers en ex‑gedetineerden.

 

b.          Het wordt van groot belang geacht dat de bedrijfstak voor de onder a.

bedoelde risico's een oplossing vindt, waardoor deze risico's in de

gelegenheid worden gesteld om bij een aantal verzekeraars een WA­

motorrijtuigverzekering te sluiten tegen de bij die verzekeraars ge­

publiceerde tarieven en voorwaarden.

 

c.          Iedere verzekeraar wordt in de gelegenheid gesteld de bedoelde risico's

te accepteren. De verzekeraars die daartoe bereid zijn kunnen zich

schriftelijk tegenover het Bestuur verbinden alle onder b. bedoelde

risico's te accepteren, voor zover afwijking of afwijzing niet kan

plaatsvinden op grond van individuele kenmerken van het risico.

 

d.          De uit deze verzekeringsovereenkomsten door de accepterende verzekeraar

verschuldigde poolpremie komt ten bate van alle NVVA‑leden. De uit

deze overeenkomsten voortvloeiende schadelast terzake van gebeurtenissen

komt ten laste van eveneens alle NVVA‑leden. In dit verband wordt vast­

gesteld dat deze tenlastebrenging van de pool kan plaatsvinden in de

mate en omvang, waarin de accepterende verzekeraar krachtens zijn polis­

voorwaarden voor het aangemelde risico dekking heeft gegeven.

 

 

e.          Voor dat doel wordt opgericht de Centrale Egalisatie Pool (CEP), waarin alle leden van de NVVA participeren. Deze kan worden beschouwd als herverzekeraar.

 

f.           Uit administratieve overwegingen is gekozen voor een systeem waarbij in het ledenbestand tijdens het boekjaar van de CEP geen mutaties mogelijk zijn. Het ledenbestand per primo van het boekjaar wordt ten behoeve van de afrekening over dat jaar van de resultaten van de CEP gefixeerd tot en met ultimo van het boekjaar. Tussentijds toetreden tot of uittreden uit de CEP als deelnemer of als lid is niet mogelijk. Op deze wijze is een eenvoudige toerekening van de baten/lasten naar de leden mogelijk, terwijl anderzijds de duidelijkheid t.a.v. de rechten en verplichtingen van de leden wordt bevorderd.

 

g.          Ter vaststelling van het bovenstaande is de Bedrijfsregeling nr. 12 (Acceptatie) ontworpen.

 

h.          Hierin is vastgelegd dat onder baten mede zijn begrepen de van accepterende verzekeraars ontvangen poolpremies. Het risico van premieincasso door de verzekeraar komt ten laste van de pool.

 

i.           Een nadere uitwerking van de Bedrijfsregeling is neergelegd in het daarbij behorende Reglement.

 

j.           Als einde van het boekjaar geldt 31 december. In de voorjaarsledenvergadering worden het financieel overzicht en het jaarverslag behandeld. In dezelfde vergadering wordt bepaald het bedrag, dat met de leden te verrekenen is. In dit bedrag zal de schadereserve, zoals die is opgegeven door de deelnemers, betrokken zijn. Bij de CEP wordt deze schadereserve derhalve aangehouden om in het komende jaar betalingen te kunnen verrichten ter zake van geheel of ten dele geregelde schaden. Niet voorziene omstandigheden kunnen ertoe leiden dat schadebetalingen moeten worden verricht en/of schadereserveringen moeten worden gevormd, waarvoor de aanwezige middelen bij de CEP ontoereikend zijn of dreigen te worden, terwijl in redelijkheid van de betrokken deelnemers niet kan worden gevraagd deze betalingen "voor te schieten". Voor deze situaties wordt het wenselijk geacht dat het Bestuur kan besluiten een tussentijdse bijdrage van de leden te vragen, welke kan worden beschouwd als een voorschot op de jaarlijkse afrekening.

 


 

 

REGLEMENT

behorende bij

BEDRIJFSREGELING N0. 12 (Acceptatie)

 

Artikel 1

Begripsbepalingen

 

In dit Reglement wordt verstaan onder:

 

Vereniging: de Nederlandse Vereniging van Automobielassuradeuren (NVVA).

 

Bedrijfsregeling:           Bedrijfsregeling nr. 12 (Acceptatie), zoals deze werd aanvaard in de algemene vergadering van de NVVA dd. 11 december 1980.

 

Bestuur:                       de funktionarissen, genoemd in artikel 15 van de statuten van de NVVA.

 

Leden:                                     zij die lid zijn van de NVVA.

 

Deelnemers:                 zij die conform artikel 1 van de Bedrijfsregeling hebben verklaard de daarin bedoelde risico's te accepteren.

 

Technische Commissie:          de door het Bestuur benoemde commissie, bestaande uit een oneven aantal doch tenminste drie personen, waarvan de taak is omschreven in artikel 6.

 

Poolpremie:                  de premie, die op voorstel van het Bestuur na advies van de Technische Commissie door de algemene vergadering wordt vastgesteld en die door de deelnemer voor elke door hem in de Centrale Egalisatie Pool te brengen post in de kas van deze Pool wordt gestort.

 

Artikel 2

 

Algemene bepaling

 

Bij de aanvaarding van de Bedrijfsregeling no. 12 is opgericht de Centrale

 

Egalisatie Pool, hierna te noemen CEP.

 

De CEP beoogt voor gezamenlijke rekening van de leden een verzekering te

bieden aan hen, die moeilijkheden ondervinden hun motorrijtuig‑WA‑risico,

anders dan bij de N.V. Assurantie Maatschappij Terminus en de Nederlandse

Motorrijtuig Verzekeringsgroep, in Nederland te verzekeren met inachtneming

 

van hetgeen in de Bedrijfsregeling is bepaald.

 

Acceptatie van deze risico's en behandeling van door deze veroorzaakte schaden

vindt plaats door het lid, dat conform artikel 1 van de Bedrijfsregeling

 

daartoe de bereidheid heeft uitgesproken.

 

Artikel 3

 

Administratie en beheer

 

1.          Ter uitvoering van artikel 5 van de Bedrijfsregeling stellen de leden een administrateur aan.

 

2.         De taak van de administrateur bestaat uit: a. het ‑ in de ruimste zin des woords ‑administreren van de belangen van de CEP, daarbij onder meer fungerende als centraal correspondentieadres van de CEP; b. het in ontvangst nemen van premies en achadereservebedragen, het restitueren van schadebetalingen en schadebehandelingskosten aan de deelnemers en het zelfstandig verrichten van al die werkzaamheden, welke tot de taak van de CEP behoren.

 

3.          De administrateur is tegenover het Bestuur rekening en verantwoording verschuldigd voor zijn handelingen. Hij ontvangt voor zijn werkzaamheden een door het Bestuur vast te stellen vergoeding.

Artikel 4

 

Het Bestuur heeft tot taak:

‑           zorg te dragen voor een goede uitvoering van de Bedrijfsregeling nr. 12

van de NVVA en van dit daarbij behorend Reglement;

‑           de vaststelling van normen, welke maatstaf zijn voor de acceptatie van

de door de deelnemers bij de CEP aangeboden risico's.

 

Artikel 5

 

1.         Het Bestuur wijst aan een technische commissie, bestaande uit een oneven

aantal doch tenminste drie funktionarissen, elk werkzaam bij een lid;

voorts wijst het Bestuur voor iedere funktionaris een plaatsvervanger

aan, werkzaam bij hetzelfde lid.

2.         De commissie heeft tot taak het beoordelen van alle aanvragen en het

uitoefenen van toezicht op een juiste acceptatie van de voor de CEP in

aanmerking komende verzekeringen.

Voorts heeft de commissie de bevoegdheid om iedere verzekering, die via

een deelnemer de CEP aangaat, tussentijds te beoordelen en wanneer het

verloop van een gesloten post zodanig is dat naar de mening van de

commissie het nemen van bijzondere maatregelen noodzakelijk is, de af­

gevende deelnemer op te dragen ten aanzien van de desbetreffende post

de door haar noodzakelijk geachte maatregelen te treffen.

3.         De commissie adviseert het Bestuur ten aanzien van de vaststelling

van de poolpremie.

4.         De commissie komt bijeen wanneer de noodzaak daartoe aanwezig is.

5.         Behoudens een beroep op het Bestuur is een beslissing van de technische

commissie, welke bij meerderheid van stemmen wordt genomen, in zaken

deze commissie betreffend, bindend.

 

Artikel 6

Acceptatie

 

1.         Zodra een deelnemer een aanvraag bereikt omtrent een aansprakelijkheids‑

risico als bedoeld in de Bedrijfsregeling, overlegt hij met de admini­

strateur of dit risico voor opneming in de CEP in aanmerking komt.

2.          Indien een verzekeringsovereenkomst tot stand komt maakt de afgevende

deelnemer de polis op en zendt een gewaarmerkte copie daarvan aan de

administrateur.

3.         De op de bedoelde overeenkomsten betrekking hebbende ontvangen premies

resp. betaalde restituties zullen tussen de afgevende deelnemers en de

administrateur terstond worden verrekend, zulks op basis van de pool­

premie.

 

    Artikel 7

Schaderegeling

 

1.          Zodra een deelnemer een schademelding heeft bereikt, geeft hij een af‑

schrift hiervan onverwijld door aan de administrateur.

2.          Nadat door de deelnemer in het kader van zijn schadebehandeling

betalingen zijn verricht, zal hij deze onder toevoeging van de behande­

lingskosten geldend maken bij de administrateur onder overlegging van

de nodige bewijsstukken inzake de verrichte betalingen. Desgevraagd

zal de deelnemer het desbetreffende schadedossier aan de. administrateur

ter beschikking stellen.

3.          Restitutie van deze gelden vindt door de administrateur plaats binnen

twee maanden nadat de in lid 2 genoemde vorderingen bij de administrateur werden ingediend.

4.         Restitutie aan de deelnemer op grond van de door haar verrichte schade­

            uitkeringen geschiedt terzake van gebeurtenissen, welke plaatsvinden na

            het tijdstip, waarop de CEP het risico heeft aanvaard.

            De plicht tot restitutie eindigt door het verloop van een termijn van

            16 dagen, te rekenen vanaf de dag volgende op die waarop de dekking door

            de deelnemer eindigt of geschorst wordt of door het van kracht worden

            van een nieuwe verzekering ten aanzien van hetzelfde risico.

5.         Van de terzake gevormde schadereserves en de mutaties daarin doet de deelnemer terstond opgave aan de administrateur.

 

Artikel 8

Verrekening met de leden

 

1.         Het boekjaar is gelijk aan het boekjaar van de Vereniging.

2.         In de voorjaarsvergadering van de Vereniging wordt door het Bestuur verslag uitgebracht over het laatstverstreken boekjaar en rekening en verantwoording afgelegd over het financiële beheer van de CEP. Tegelijk met de oproeping voor deze algemene vergadering wordt aan de leden toegezonden een afrekening van het financiële resultaat van de CEP over het laatstverstreken boekjaar, vergezeld van een rapport terzake, op te., maken door een registeraccountant. Goedkeuring hiervan strekt tot décharge van het Bestuur.

3.         In de voorjaarsvergadering wordt vastgesteld het aan de leden toe­komende bedrag in het batig saldo, onderscheidenlijk het door de leden te betalen bedrag in het nadelig saldo. Het saldo, uit de afrekening resulterend, moet uiterlijk binnen twee maanden na de vaststelling met de leden worden vereffend. In de afrekening zal tevens zijn begrepen de door de leden bij de CEP te vormen schadereserve, welke zal zijn samengesteld uit de per ultimo van het boekjaar bij de deelnemers aan­gehouden en aan de CEP opgegeven schadereserves. De aan deze schade­reserve toe te delen bijdrage van de leden wordt afgedragen aan de CEP.

 

                  Artikel 9

Tussentijdse verrekening

 

1.         Wanneer omstandigheden ertoe leiden, dat schadebetalingen moeten worden gerestitueerd en/of schadereserveringen moeten worden gevormd, waarvoor de aanwezige middelen bij de CEP ontoereikend zijn of dreigen te worden, terwijl in redelijkheid niet van de betrokken deelnemer of deelnemers gevergd kan worden dat op restitutie van verrichte betalingen gewacht moet worden tot na de jaarlijkse afrekening, kan het Bestuur op advies van de administrateur en/of na een schriftelijk verzoek van de betref­fende deelnemer(s) besluiten tot een tussentijdse bijdrage van de leden in de resultaten van de CEP.

2.         De tussentijdse bijdrage van de leden is een voorschotheffing op de jaarlijkse afrekening.

3.         De leden voldoen de bijdrage uiterlijk binnen twee maanden na dagteke­ning van het besluit van het Bestuur.

4.         De aldus verkregen bijdragen worden aan de CEP afgedragen.

 

 

    Artikel 10

Herverzekering

 

Op voorstel van het Bestuur kan de algemene vergadering besluiten ten name van de vereniging overeenkomsten van verzekering aan te gaan tot gehele of gedeeltelijke dekking van de risico's als in dit Reglement omschreven. Het voorstel bevat de modaliteiten van de te sluiten verzekering. De ter zake van gesloten verzekeringen door de vereniging verschuldigde premies worden ten laste van de CEP gebracht.

 

Artikel 11

 

In zaken, waarin dit Reglement niet voorziet, beslist het Bestuur.

 

Artikel 12

Vaststelling, wijziging, intrekking Reglement

 

Met betrekking tot de vaststelling, wijziging of intrekking van dit Reglement is het bepaalde in artikel 14 van de statuten van de vereniging van overeenkomstige toepassing.