Arbeids-, dienstongeval en beroepsziekte
zie ook arbeid en arbeidsongeschiktheid
Dienstongeval bij gaan naar cursus
Met betrekking tot het begrip dienstongeval heeft de Raad in de uitspraak van
5 november 1998, AA8755 (TAR 1999/5), het dodelijke ongeval van een beroepsmilitair
op weg naar een verplichte cursus aangemerkt als een dienstongeval, in het bijzonder
nu de cursus werd gegeven op een andere locatie dan waar de militair zijn werkzaamheden
gewoonlijk verrichtte en de reis van de woonplaats naar de cursusplaats niet
het karakter had van woon-werkverkeer.
Fouten hulppersoon toerekenbaar aan overheidswerkgever.
Als de arbeidsplaats voorafgaande aan en ten tijde van het arbeidsongeval niet
voldoet aan het bepaalde in artikel 3:2, eerste lid, van het Arbeidsomstandighedenbesluit
heeft de overheidswerkgver niet voldaan aan het bepaalde in artikel 16, negende
lid, van de Arbowet, dat de werkgever verplicht tot naleving van voornoemd artikel
3:2, eerste lid. Het arbeidsongeval, dat derhalve de gemeente moet worden toegerekend,
is een beboetbaar feit als bedoeld in artikel 33 van de Arbowet. Hieraan doet
niet af dat zij is afgegaan op het advies van de, voor de beoordeling van de
bouwplannen voor de tijdelijke huisvesting van de gemeente ingeschakelde, ter
zake deskundige Arbo-unie (ABRS 17-04-2002
AE1625 ).
ARAR Geneeskundige kosten
Op 1 januari 1998 is het oude artikel 44 vervangen door het huidige artikel
48 van het ARAR. Dit artikel bepaalt:
1. Indien de ziekte, uit hoofde waarvan de ambtenaar of de gewezen ambtenaar
ongeschikt is zijn arbeid te verrichten, voortvloeit uit een dienstongeval of
een door het verrichten van zijn arbeid opgelopen beroepsziekte, worden hem
vergoed de naar het oordeel van Onze Minister noodzakelijk gemaakte kosten van
geneeskundige behandeling of verzorging die voor rekening van de ambtenaar blijven.
2. Onze Minister van Binnenlandse Zaken kan omtrent het bepaalde in het eerste
lid nadere regels vaststellen.
Deze regels kunnen onder meer betrekking hebben op termijnen, waarbinnen declaraties
moeten worden ingediend en op de vorm en inhoud van de vereiste verklaringen.
Deze bevoegdheid strekt echter niet zover dat het verweerder vrij staat om de
in die bepaling gegarandeerde aanspraak op vergoeding van de naar zijn oordeel
noodzakelijk gemaakte kosten afhankelijk te doen zijn van een beoordeling vooraf
(CRvB 12-07-2002 Rb Middelburg AE7016
).
Hernia Nucleï pulposi HNP ongeval criteria eisen normen trauma degeneratie
Een HNP als gevolg van een trauma is als een uitzondering te beschouwen. Om een geweldsinwerking als oorzaak aan te nemen dient er aan een aantal eisen voldaan te worden:
1) Het ongevalsgebeuren dient absoluut vast te staan
2 Er moet sprake zijn van een dusdanig ernstig gebeuren dat ook een wervelbreuk veroorzaakt had kunnen zijn
3) de wervelkolom moet rechtstreeks of indirect getroffen zijn, ook de aard van het ongeval is hierbij van belang
4) de diagnose moet vaststaan
5) de getroffene mag voor het ongeval niet geleden hebben aan lumbago, ischias, of andere aandoeningen die kunnen doen aannemen dat er al een discusprolaps was.
CRvB 24-10-1995 ongep.
Asbest bewijs verband dienst
De Raad hanteert de norm (zoals in art. BW 7:658 TAR 2000, 112): voorzover
zulks niet reeds voortvloeit uit op de ambtenaar van toepassing zijnde rechtspositionele
voorschriften, heeft de ambtenaar recht op vergoeding van de schade die hij
lijdt in de uitoefening van zijn werkzaamheden, tenzij het betrokken bestuursorgaan
aantoont dat het zijn verplichtingen is nagekomen de werkzaamheden van de ambtenaar
op zodanige wijze in te richten, alsmede voor het verrichten van die werkzaamheden
zodanige maatregelen te treffen en aanwijzingen te verstrekken als redelijkerwijs
nodig is om te voorkomen dat de ambtenaar in de uitoefening van zijn werkzaamheden
schade lijdt, of aantoont dat de schade in belangrijke mate een gevolg is van
opzet of bewuste roekeloosheid van de ambtenaar
De Raad acht causaal verband met de dienst eerst aanwezig indien er een voldoende
mate van waarschijnlijkheid bestaat dat de werkzaamheden en/of werkomstandigheden
van de betrokken ambtenaar de bij die ambtenaar aan het licht getreden ziekte
daadwerkelijk hebben veroorzaakt (vgl. CRvB 12 maart 1998, TAR 1998, 78).
De Raad acht zich, gegeven de verschillen in stel- en bewijsplicht van partijen
in het burgerlijke procesrecht en in het bestuursproces, niet gebonden aan arresten
van de Hoge Raad en wijst de schade door mesothelioom af (CRvB 28-11-2002AF
1843 ).
Civiele jurisprudentie asbest niet maatgevend in bestuursrecht
Met betrekking tot de vraag of betrokkene aan asbest is blootgesteld
geweest, geldt dat de verzoeker om schadevergoeding, die zich op een bepaald
rechtsgevolg beroept, voldoende feiten moet stellen en aannemelijk maken waaruit
dat gevolg kan worden afgeleid. Deze verplichting berust op artikel 4, tweede
lid, van de Awb. Aan de jurisprudentie van de burgerlijke rechter moet worden
voorbijgegaan vanwege de verschillen in stel- en bewijsplicht van partijen in
het burgerlijk proces en in het bestuursproces. Het onderzoek van het bestuursorgaan
wordt in het onderhavige geval onzorgvuldig geacht. Uit overgelegde verklaringen
is gebleken dat betrokkene betrokken is geweest bij verbouwingen waarbij asbesthoudend
materiaal werd verwerkt. De Raad kan ook niet voorbijzien aan een overzicht
van urgente asbestsaneringen in de kazerne waar betrokkene enige tijd heeft
verbleven. Bij het voorbereiden en het nemen van het bestreden besluit is gehandeld
in strijd met het in artikel 3, tweede lid, van de Awb neergelegde zorgvuldigheidsbeginsel
(2003-01-09 CRvB AF3481
).
Werkgever norm asbest
Omdat de schade is geleden voor 1-1-1993 dient de tot die datum geldende jurisprudentiële
norm voor aansprakelijkheid van de overheidswerkgever te gelden. Die norm brengt
mee dat ten aanzien van de vraag of het mesothelioom veroorzaakt is door inademing
van asbestkristallen tijdens de dienst geldt dat er een voldoende mate van waarschijnlijkheid
bestaat. Die waarschijnlijkheid ontbreekt omdat er in de literatuur geen aanwijzingen
zijn te vinden voor een verhoogd risico bij automonteurs (CRvB 12-3-1998, TAR
1998, 80).
Contrair
Rb Rotterdam 30-5-1995 TAR 1995, 188 jur 60
De ambtenaar die in 1991 aan de gevolgen van mesothelioom overleed was aangesteld
door het Ministerie van Justitie als automonteur tot 2-1-1970. Overwogen wordt
dat voor zover in de jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep is aanvaard
dat op een bestuursorgaan een verplichting rustte tot het vergoeden van een
door een ambtenaar geleden schade, daarbij steeds ook de mogelijkheid van vergoeden
van immateriële schade is aanvaard. Bij onvoldoende concretisering van
het hebben genomen van maatregelen houdt de rechtbank het ervoor met verwijzing
naar TAR 1994, 34 en 106 alsmede TAR 1995, 42 dat geen specifieke voorzorgsmaatregelen
waren genomen tegen langdurige geringe blootstelling aan asbest waardoor de
gevolgen aan het bestuursorgaan toe te rekenen zijn in het licht van de in de
civiele jurisprudentie ontwikkelde beschermingsgedachte.
Overheid werkgever ambtenaar norm risicoaansprakelijkheid
De Raad zoekt aansluiting met art. 7:658 BW door voor de aansprakelijkheid van
de overheidswerkgever als norm te introduceren:
Voor zover zulks niet reeds voortvloeit uit de op de ambtenaar van toepassing
zijnde rechtspositionele voorschriften heeft de ambtenaar recht op vergoeding
van de schade die hij lijdt in de uitoefening van zijn werkzaamheden, tenzij
het betrokken bestuursorgaan aantoont dat het zijn verplichting is nagekomen
de werkzaamheden van de ambtenaar op zodanige wijze in te richten, alsmede voor
het verrichten van die werkzaamheden zodanige maatregelen te treffen en aanwijzingen
te verstrekken dat de ambtenaar in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade
lijdt, of aantoont dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet
of bewuste roekeloosheid van de ambtenaar (CRvB 22-06-2000 JB 2000, 232).
Risicoaansprakelijkheid politie ambtenaar
De risicoaansprakelijkheid van de overheid voor haar ambtenaren is beperkt tot
schade veroorzaakt door een ongeval tijdens werkzaamheden waarbij gebruik is
gemaakt van gereedschappen en machines. Een risicoaansprakelijkheid voor de
letselschade van een agent bij een aanhouding, door derden / aangehoudenen veroorzaakt,
ontbreekt.
(CRvB 13-02-1997 TAR 1997, 59; noot C. Visser. Het Besluit Algemene Rechtspositie
Politie (BARP) kent met terugwerkende kracht tot 24-2-1997 het bijzondere voorschrift
in art. 54a dat in geval van invaliditeit uit een dienstongeval of beroepsziekte
aan de desbetreffende ambtenaar een smartegeld wordt vergoed van maximaal f
300000. Ingeval van overlijden tengevolge van een ongeval wordt aan de weduwe
een nettobedrag van f 150000 uitgekeerd).
Werkgever ambtenaar risicoaansprakelijkheid
Voor die gevallen waarbij letselschade ontstaat waarbij gebruik gemaakt wordt
van gereedschap en machines moet een zekere vorm van risicoaansprakelijkheid
door het bestuursorgaan aanvaard worden (CRvB 9-12-1993, TAR 94, 34; vgl. CRvB
17-3-1994, TAR 94, 106).
Begrenzing CRvB 13-2-1997 TAR 97, 59
De artikelen 43, 44 en 45 ARAR geven reden tot betaling op grond van de daarin
vervatte rechtspositieregelingen voor elementen van schade indien de schade
in overwegende mate zijn oorzaak vindt in de aard van de opgedragen werkzaamheden
of in de bijzondere omstandigheden waarin deze moesten worden verricht.
Zie ook CRvB, 13-2-1997, VR 1998, 180
In het civiele en het bestuursrecht geldt de hoofdregel dat van aansprakelijkheid
ter zake feitelijk handelen alleen sprake kan zijn bij schuld. De rechter dient
daarom terughoudendheid te betrachten bij het aanvaarden van risicoaansprakelijkheid
als daarin bij wettelijk voorschrift niet is voorzien. Uit het feit dat de wetgever
bijzondere voorzieningen heeft getroffen voor bescherming van het inkomen van
de ambtenaar bij ziekte leidt de Raad af dat deze niet voor risicoaansprakelijkheid
heeft gekozen. Er zijn ook verder onvoldoende aanknopingspunten om risicoaaansprakelijkheid
te aanvaarden.
Overheid werkgever risicoaansprakelijkheid norm omvang schade
Het bestuursorgaan is aansprakelijk voor de schade van de ambtenaar voor zover
een daaraan toe te rekenen optreden schade heeft veroorzaakt en die schade van
zodanige aard is dat deze in redelijkheid voor vergoeding door dat orgaan in
aanmerking dient te komen. Niet elk leed ook al is dat mede door het werk ontstaan
komt voor vergoeding in aanmerking (CRvB 17-11-1988 TAR 88, 7).
Uitbreiding CRvB 16-6-1994 TAR 94, 177
Per 1-1-1993 heeft te gelden dat schade aan een ambtenaar toegebracht en veroorzaakt
door een onrechtmatige daad van de overheid in beginsel voor volledige vergoeding
in aanmerking komt.
(vgl. CRvB 21-9-1995, TAR 95, 243 en 26-10-1995, TAR 95, 272).
Werkgever ambtenaar schade toerekenbaarheid dienst bevoegdheid rechter
Wanneer toekenning van schade niet bij wet of toepasselijk voorschrift is geregeld
is de gemeenteraad bevoegd tot toekenning of afwijzing van een vergoeding van
de gestelde schade.
Oefeningen en werkzaamheden die onderdeel vormen van de rechtmatige uitoefening
van een overheidstaak leiden in beginsel niet tot enige aanspraak of vergoeding.
Dit is anders wanneer de schade het gevolg is van aan de overheid toe te rekenen
tekortkomingen (CRvB 27-6-1985, TAR 85, 186; zie ook ambtenarengerecht Den Haag
10-4-1986, TAR 86, 145)
Bezwaar en beroep kan op de in de AWB voorgeschreven wijze geschieden. De burgerlijke
rechter dient de zaak onontvankelijk te verklaren zie HR 28-2-1992 NJ 92, 687.
Werkgever 1638 x
Voor een analogische toepassing van art. 1638x BW in de eigensoortige verhouding
van administratief orgaan en ambtenaar is geen grond aanwezig (CRvB 12-11-1985
TAR 86, 25)