Bouwvergunning toezicht toerekening woningwet bouwplan
De gemeente is in beginsel niet aansprakelijk voor onontdekte fouten in het
bouwplan van belanghebbende. De gemeente kan wel aansprakelijk zijn indien deze
bij het bouwtoezicht in ernstige mate is tekort geschoten.
Art. 85 Woningwet draagt aan de gemeente het bouwtoezicht op in het algemeen
belang en niet in het belang van de aanvrager van een vergunning om deze te
vrijwaren tegen schade. (Hof Den Haag 7-2-1989 BR 89, 637 AXA dossier 9203407)
Milieuvergunning bouwvergunning overheid tippelzone
Eerst kan tot afgifte van een bouwvergunning voor bouwwerken i.v.m. een tippelzone
overgegaan worden als de benodigde milieuvergunning rechtskracht heeft gekregen.
Voor een tippelzone is een milieuvergunning nodig, omdat het een inrichting
betreft waar één of meer verbrandingsmotoren aanwezig zijn met
een (gezamenlijk) vermogen groter dan 1,5 KW. Immers feitelijk zullen er altijd
auto’s aanwezig zijn van klanten (Art. 52 Woningwet 52, art. 1.1 WMb Rb
Maastricht M&R 2000, 1k).
Woonruimte art. 48 woningwet agrarisch bedrijf bestemmingsplan gelijkheidsbeginsel
Volgens art. 48 Woningwet moet een bouwvergunning geweigerd worden indien deze
in strijd is met het bestemmingsplan. Uit de bepaling in het bestemmingsplan
dat een agrarisch bedrijf bestaat uit een bedrijf met woning en stallen volgt
dat bij een agrarisch bedrijf slechts 1 woning mag worden opgericht. Ook al
zijn in twee eerdere gevallen daarop een uitzondering gemaakt dan nog mag geen
beroep op het gelijkheidsbeginsel gedaan worden omdat de wettelijke bepalingen
zwaarder wegen (ABrS 23-11-1995 zaaknrs. R 03931707 en R 03933279. dossier AXA
9203174).
Woonruimte diversen regulering verdeling
Het is de gemeente niet toegestaan een privaatrechtelijk instrument te gebruiken
voor regulering van de verdeling van woonruimte, die in de Huisvestingswet buiten
haar verordenende bevoegdheid is gesteld (Rb Arnhem 6-4-98 KG 98, 143.)
Bestemmingsplan herziening verdeling woonruimte overeenkomst planologische
belangen
De bevoegdheden uit de wet op de ruimtelijke ordening strekken alleen tot de
planologische belangen der gemeente. Het gebruik daarvan voor een door haar
gewenste woonruimteverdeling door medewerking aan herziening van het bestemmingsplan
afhankelijk te stellen van een contractuele aanvaarding van voorwaarden betreffende
verkoop en verhuur aan ingezetenen betreft détournement de pouvoir, waardoor
de gehele overeenkomst nietig is. (HR 3-4-1998 RvdW 1998 83C).